Stippenspelletjes voor dreumesen en peuters
In deze categorie van spelletjes met stippen heb ik 13 spelletjes staan die je met een dreumes of peuter kunt spelen. De spellen lopen op in complexiteit.
1. Vrij spel
Voorbereidingstijd: Geen.
Benodigdheden: 1 of meerdere setjes stippen.
Doel: Er is niets zo creatief als het brein van een kind. Daarom is dit spel: Vrij spel. Kijk eens wat er gebeurd als je de stapel met stippen gewoon aanbiedt aan jouw dreumes of peuter.
Uitleg: Geen. Geloof me dat is nog moeilijker dan het lijkt. Laat het gewoon gebeuren en probeer te interpreteren waar jouw kind behoefte aan heeft
Belangrijkste basisvaardigheid: Creativiteit en zintuiglijke waarnemingen.
2. Stapelen
Voorbereidingstijd: Geen.
Benodigdheden: 1 of meerdere setjes stippen.
Doel: Een mooie stapel maken.
Uitleg: Verspreid de stippen door de ruimte, laat jouw apekoppie ze van de grond pakken en probeer er samen een mooie stapel van te maken. Het oprapen van de platte schijfjes kan al best lastig zijn
Belangrijkste basisvaardigheid: Fijne motoriek van de handen.
Makkelijkere variaties: Speel het spel op een kleed of op het zand, leg de stippen dichter bij elkaar.
Moeilijkere variaties: Tel de stippen van te voren samen en kijk of alle stippen wel gevonden zijn, maak stapels van de verschillende kleuren.
3. Verzamelen en tellen
Voorbereidingstijd: Geen.
Benodigdheden: 1 of meerdere setjes stippen.
Doel: Hoeveel stippen zijn er van elke kleur?
Uitleg: Ga samen eens goed tellen hoeveel stippen er zijn van elke kleur. Benoem de kleuren duidelijk en sorteer de stippen per kleur.
Belangrijkste basisvaardigheid: Tellen, kleuren leren.
Makkelijkere variaties: Alles eerst voorzeggen en kijken of jouw apekoppie het kan herhalen.
Moeilijkere variaties: Verspreid de stippen nadat je ze hebt geteld en zoek ze daarna weer bij elkaar en tel ze opnieuw.
4. Twister
Voorbereidingstijd: 2 minuten.
Benodigdheden: 1 of meerdere setjes stippen.
Doel: Lichaamsdelen op commando op een bepaalde kleur plaatsen.
Uitleg: Leg de stippen verspreid neer, dit kan netjes als op een twister doek, maar ook lekker verspreid. Noem om de beurt een lichaamsdeel dat een bepaalde kleur moet aanraken.
Belangrijkste basisvaardigheid: Kleurherkenning, leren van onderdelen van het lichaam, opdrachten uitvoeren.
Makkelijkere variaties: Eerder genoemd lichaamsdeel hoeft niet op die kleur te blijven, stippen dichter bij elkaar, stippen met een stukje tape vastplakken.
Moeilijkere variaties: Lichaamsdelen moeten eerdere opdrachten vast blijven houden, stippen verder uit elkaar.
5. Balanceren op de ruggen van schildpadden
Voorbereidingstijd: 1 minuut.
Benodigdheden: 1 of meerdere setjes stippen.
Doel: Het stippen parcours afleggen door alleen op de stippen te stappen.
Uitleg: Maak met de stippen een slinger door de ruimte. Vertel dat jullie een grote rivier gaan oversteken en dat je gevraagd hebt of je de ruggen van de schildpadden mocht gebruiken om naar de overkant te komen, en dat mocht! In de rivier zitten krokodillen die graag kleine teentjes willen happen dus de voetjes mogen alleen op de stippen komen.
Belangrijkste basisvaardigheid: Balans.
Makkelijkere variaties: Leg de stippen wat breder uit elkaar zodat het als het ware stappen worden.
Moeilijkere variaties: Maak de afstand tussen de stippen groter, verzin samen met jouw apekoppie een opdracht bij een bepaalde kleur (bijvoorbeeld een rondje draaien of de stip aanraken met de vingers).
Stippenspelletjes voor Kleuters en Basisschoolkinderen
6. Stuiteren
Voorbereidingstijd: Geen.
Benodigdheden: 1 of meerdere setjes stippen, 1 of meerdere stuiterende ballen.
Doel: Stuiteren op de genoemde kleur.
Uitleg: Leg de stippen verspreid door de ruimte. Pak allebei een bal en noem om de beurt een kleur waarop gestuiterd moet worden. Lukt het om zo snel mogelijk naar de volgende kleur te stuiteren?
Belangrijkste basisvaardigheid: Balvaardigheid, ritme.
Makkelijkere variaties: Bal met twee handen stuiteren, stuiteren en vangen, niet stuiteren maar lopend naar volgende kleur.
Moeilijkere variaties: Snel wisselen van kleur, maar 1 stip per kleur (wie is er het snelst), extra opdracht bij een kleur (als stuiteren met je knie de grond raken).
7. Flip Flop
Voorbereidingstijd: Geen.
Benodigdheden: 1 of meerder setjes stippen, muziek.
Doel: Wie wint er Flip of Flop?
Uitleg: Een apekoppie (Flip) krijgt de opdracht om zoveel mogelijk stippen naar de gekleurde kant te draaien en de andere (of jij) (Flop) krijgt de opdracht om alle stippen met de logo kant naar boven te draaien. Zet een muziekje aan en probeer zo veel mogelijk stippen om te draaien.
Belangrijkste basisvaardigheid: Fijne motoriek.
Makkelijkere variaties: Minder stippen, dichter bij elkaar.
Moeilijkere variaties: Speel in teams.
8. Multisport slalommen
Voorbereidingstijd: 5 minuten.
Benodigdheden: 1 of meerdere setjes viltjes, voetbal, basketbal, hockeystick, tennisracket, tennisbal, hockeybal.
Doel: Slalommen om verschillende kleuren met verschillende sporten.
Uitleg: Leg de stippen met veel tussen ruimte neer, kies een sport en roep een kleur waar omheen geslalomd moet worden.
Belangrijkste basisvaardigheid: Balvaardigheid.
Makkelijkere variaties: Minder kleuren, grotere ruimte.
Moeilijkere variaties: Snel wisselen van sport, snel wisselen van kleur.
9 Rubik’s cube van stippen
Voorbereidingstijd: 2 minuten.
Benodigdheden: 1 setje stippen.
Doel: Hoe snel los jij de Rubik’s Cube op?
Uitleg: Maak vijf rijen en leg alle viltjes gemixt door elkaar heen. De bovenste rij moeten allemaal een eigen kleur hebben, dit is het doel van de Rubik’s Cube. Probeer de cube nu op te lossen door telkens maar twee aaneengesloten viltjes met elkaar te wisselen. Het doel is om alle kleuren gesorteerd in rijtje te krijgen
Belangrijkste basisvaardigheid: Cognitie, (hard)lopen, oog-handcoördinatie.
Makkelijkere variaties: Minder kleuren.
Moeilijkere variaties: Met meerdere apekoppies en dan als estafette spelen.
10. De muur
Voorbereidingstijd: Geen.
Benodigdheden: 1 of meerdere setjes stippen.
Doel: Wie verzameld de meeste viltjes?
Uitleg: Ieder begint met evenveel viltjes. Ga op tenminste 1,5 meter afstand van een muur staan. Gooi om de beurt een viltje naar de muur zodat hij zo dicht mogelijk bij de muur blijft liggen. Degene die het dichtst bij de muur ligt mag allebei de viltjes houden. Om een nieuwe ronde te beginnen ga je met de rechter voet tegen de muur staan en gooi je een viltje bij de muur vandaan. Daar waar het viltje stil blijft liggen spelen jullie de volgende ronde.
Belangrijkste basisvaardigheid: Gooien.
Makkelijkere variaties: Dichter bij de muur.
Moeilijkere variaties: Met meerdere viltjes gooien en een gemiddelde afstand nemen bepaald door de winnaar.
Ben je benieuwd naar de andere 15 spellen? We hebben ze voor je samengebracht in ons Stippenspel. Bestel hem vandaag nog!
