Hoe leert een kind fietsen?
Monkey Moves blog
Probeer maar eens aan je buurman uit te leggen hoe je moet fietsen. Oef, dat wordt al een stuk lastiger. Je zal iets uitleggen over het zitten op een zadel, voeten die de pedalen ronddraaien en handen die een stuur vasthouden. Maar hoeveel druk geef je nu daadwerkelijk op die pedalen? En wat doe je eigenlijk met je romp? Hoe houd je überhaupt balans? Maken je romp en je armen een contrabeweging? Gaat je stuur naar rechts en je romp naar links om je balans te houden? Waarschijnlijk heb je geen idee! En gelukkig, de meeste mensen hebben namelijk geen idee. Dit valt te verklaren door de manier waarop jij de kennisopbouw van het leren fietsen hebt eigen gemaakt. Je hebt namelijk een impliciete leerstrategie toegepast. De vaardigheid fietsen heb je dusdanig goed geleerd, dat ook al zou je een jaar niet fietsen, je vervolgens op de fiets stapt en zo weg fietst. Hieronder zie je een grappig filmpje, waarin (impliciet) leren gedemonstreerd wordt aan de hand van een experiment op een fiets, waarbij het stuur precies de andere kant op stuurt (dus naar rechts bewegen met je stuur, betekent naar links fietsen):
Wat is Impliciet leren? Om uit te leggen wat impliciet leren is, is het goed om te vermelden dat er in de wetenschappelijk wereld twee soorten kennis worden beschreven, namelijk; expliciete kennis en impliciete kennis. Bij expliciet leren wordt een grote verzameling van bewuste, verwoordbare kennis opgebouwd hoe de beweging het beste kan worden uitgevoerd. Ofwel, met deze vorm van leren bouw je verbaliseerbare regels op over de bewegingsuitvoering, waar je bewust van bent en die je desgevraagd kan benoemen. Bij impliciet leren komt de verbetering tot stand, zonder dat dit gepaard gaat met verwoordbare kennis over de bewegingsuitvoering, en je kan dit ook niet verwoorden. Uit verschillende wetenschappelijke artikelen is gebleken dat impliciet leren een beter leereffect heeft dan expliciet leren, waarbij het geleerde robuust is bij presteren onder druk. Expliciet leren heeft vooral een positief kortdurend effect. Voorbeelden van impliciete leerstrategieën zijn: - Foutloos leren; - Leren met een dubbeltaak; - Analogie leren; - Leren met een externe focus van aandacht; - Differentieel leren.
In dit kennisartikel geef ik je het 5 stappenplan met inzicht en praktische tips hoe jij jouw kind kunt leren fietsen. En nog onderbouwd vanuit een motorisch leerstrategie ook!
Basisvoorwaarden die de kans vergoten dat jouw kleuter zelfstandig kan fietsen
Leren fietsen is Nederland een vaardigheid die je gemiddeld genomen tijdens je kleuterleeftijd onder de knie krijgt. Kinderen leren fietsen in de leeftijd van 4-5 jaar. Uiteraard zijn er uitzonderingen, waar een peuter van 3 jaar al zelfstandig kan fietsen of een kleuter die op leeftijd 6 nog moeite heeft. De eerste tip is tevens de belangrijkste en heeft specifiek te maken met jouw kind. Luister en kijk goed naar jouw kind. Jouw kind moet eraan toe zijn en zelf aangeven dat het wil leren fietsen. Dwingen heeft geen zin. Dit zijn de basisvoorwaarden die de kans vergroten dat jouw kind zelfstandig kan fietsen. Jouw kind:
- is gemotiveerd;
- heeft zelfvertrouwen (en krijgt dat mede door de ouders);
- kan goed bij de trappers en kan de voeten op de grond zetten;
- heeft voldoende kracht om de pedalen rond te krijgen;
- heeft voldoende 2sgevoel om te blijven zitten.
Hoe leer je een kind fietsen zonder zijwieltjes?
In dit 5 stappenplan geef ik je inzicht en praktische tips om jouw kind te leren fietsen zonder zijwieltjes.
- De basis van het fietsen wordt al op zeer jonge leeftijd (dreumesleeftijd, vanaf ongeveer 1,5-2 jaar) gelegd. Start met het aanbieden van een loopfiets met drie of vier wielen. Het moment dat jouw kind op een loopfietsje met drie of vier wielen zit, is het impliciete leren al begonnen. Zonder enige vorm van instructies, zal jouw dreumes op onderzoek uitgaan en uitvinden wat hij/zij met de loopfiets kan. De basis van de fiets is stabiel en je kan er mee leren sturen. Dit is een vorm van foutloos leren. De kans dat het fietsen op een loopfiets met 3 of 4 wielen misgaat is klein, als je dat vergelijkt met een fiets met 2 wielen. Door de vaardigheid fietsen op te splitsen in vaardigheden waar fouten zo veel mogelijk gereduceerd worden, bouw je geen expliciete kennis op over de bewegingsuitvoering.
- Leer fietsen op een driewieler. Net als het ‘fietsen’ op een loopfiets met 3 of 4 wielen, is een driewieler stabiel en kan niet zo makkelijk omvallen. Het voordeel van een driewieler is dat een kind hierop kan leren omgaan met de pedalen. Jouw kind zal voldoende kracht in de benen moeten hebben om de pedalen rond te krijgen. Je zal merken dat jouw kind in het begin alleen focust op de pedalen en vervolgens vergeet te sturen. Het is lastig voor een kind om twee nieuwe motorische taken tegelijkertijd uit te voeren. Voor jou als ouder dus een tussentijdse check om te kijken of jouw kind al voldoende spierkracht in de benen heeft. Instructies zijn overbodig. Jouw kind kan leren door te kijken en het nadoen (imiteren) van leeftijdgenoten. Bijvoorbeeld bij vriendjes en vriendinnetjes in de buurt of op het kinderdagverblijf.
- Een essentiële stap in het leren fietsen is 2 houden. Dit kan perfect geoefend worden op een loopfiets met twee wielen. Anno 2018 zijn die fietsjes hip! Op het kinderdagverblijf van mijn kinderen en in de buurt zie ik bijna alle peuters en kleuters op loopfietsjes. Zelfs als ze al kunnen fietsen op een normale fiets, zie ik dat veel kinderen het gewoon nog echt leuk vinden op een loopfiets. Een loopfiets heeft alle onderdelen van een gewone fiets, alleen de trappers ontbreken. Het 2sgevoel, het balanceren op twee wielen, het sturen, het corrigeren van het stuur in combinatie met rompstabiliteit, wordt allemaal ervaren op een loopfiets. En ben je uit balans? Geen probleem, je zet zo een voet aan de grond, waarmee het stoppen ook gelijk geoefend wordt. Volgens de Vlaamse Stichting Verkeerskunde leert een kind beter fietsen door een loopfietsje. "De essentie van het fietsen is 2 leren houden", zegt Els Hendrickx van de Vlaamse Stichting Verkeerskunde. "Met een loopfiets leer je dat veel sneller. Loopfietsen helpen beter bij de ontwikkeling van de stop en stuurvaardigheden. Kinderen die dit goed kunnen, maken vlotter de overgang naar een fiets met trappers."
- Het moment is daar. Het fietsen op een echte fiets zonder zijwieltjes. Zorg ervoor dat je kind een fietsje heeft dat past bij zijn/haar lengte. Een veel gemaakte fout is een te grote fiets aanschaffen (met de gedachte, daar groeit ie nog wel in…). Liever een te kleine fiets, waardoor jouw kind makkelijk bij de grond kan. Als het fietsen eenmaal lukt, kun je altijd nog een grotere fiets aanschaffen. In het begin zal je jouw kind helpen met het opstarten. Gebukt houd je het zadel of de bagagedrager vast. En dan loop je een stuk achter jouw kind aan. Spannend!! Om te voorkomen dat je last van je rug krijgt en om je kind een veilig gevoel te geven, kan je een sjaal onder de oksels van je kind knopen. Dit zal je kind zelfvertrouwen geven. De spanning op de sjaal, kan je langzaam laten vieren. Naast een sjaal kan je ook een speciaal oefenvestje (met een handvat op de rug) of een balanstrainer (een stok die je aan de fiets bevestigd) gebruiken. De truc zit hem in ieder geval in het feit dat je steeds minder ondersteuning geeft.
- Leer je kind vooruitkijken en deelnemen aan het verkeer. Dit is misschien wel de spannendste stap. De vaardigheid fietsen is een ding, maar het deelnemen aan het verkeer is nog veel belangrijker. Deze tip is tevens onderdeel van een impliciete leerstrategie. Namelijk leren door een externe focus van aandacht en het leren met dubbeltaken. Jij legt de aandacht op die fietser die van rechts komt, of die auto die je tegemoet ziet komen rijden en coacht jouw kind door bijv. te zeggen: Zorg dat je aan de rechterkant van die witte lijn blijft fietsen, zodat de auto jou aan de linkerkant kan passeren. Het kenmerk van externe focus van aandacht, is dat de aandacht op het effect van de beweging in de ruimte ligt. Bijvoorbeeld, zorg dat de witte lijn op de weg recht voor je blijft. Het tegenovergestelde van een externe focus van aandacht, is interne focus van aandacht. Hierbij ligt de aandacht op de uitvoering van de beweging, bijvoorbeeld, beweeg je stuur naar rechts om in 2 te blijven. Onderzoeken wijzen uit dat een externe focus van aandacht betere leerprestaties tot gevolg heeft, dan een interne focus van aandacht. Deze fase heeft tijd nodig, je kind moet immers, balans houden, sturen, trappen en op het verkeer letten. En dat allemaal tegelijkertijd. Dit zijn dubbeltaken. Waarbij het brein met name bezig is met op het verkeer letten, en de alle andere taken van het fietsen zoveel mogelijk automatisch zullen verlopen. Bij het leren met een dubbeltaak, focust het brein op een (cognitieve) taak, zodat over de andere vaardigheden geen expliciete kennis en regels opgebouwd kunnen worden.
Fietsen met zijwieltjes
Kies je er toch voor om jouw kind met zijwieltjes te leren fietsen, zorg dan dat zoveel mogelijk basisvoorwaarden om te fietsen aanwezig zijn: motivatie, zelfvertrouwen, spierkracht om de pedalen rond te trappen en met de voeten bij de grond kunnen komen. Het balansgevoel zal je kind langzamerhand leren door de zijwieltjes steeds iets hoger af te stellen. Ook dit is weer een vorm van foutloos leren. En zoals eerder gezegd, luister en kijk naar jouw kind. Ieder kind leert op een andere manier en op zijn eigen tempo, respecteer dat! In dit kennisartikel heb ik je meegenomen in het 5 stappenplan om jouw kind te leren fietsen zonder zijwieltjes. De inzichten en praktische tips die ik je heb gegeven zijn gebaseerd op inzichten met mijn eigen kinderen en wetenschappelijk onderzoek omtrent motorisch leren. Impliciet leren, met onder andere foutloos leren, dubbeltaken en leren met een externe focus zijn krachtige manieren om de vaardigheid fietsen te leren. Doe er je voordeel mee!